Ze heeft er lang aan gewerkt. In aanloop naar haar doop, trok ze zelfs een nacht door, om het maar op tijd af te krijgen. In de hal bij het Kompas, bij de deur naar de kerkzaal, vind je dit kunstwerk. Het is Psalm 139, gegraveerd op hout in een spiraalvorm aangebracht. Daarvoor moest ze de tekst achterstevoren uittekenen. Het was haar cadeau aan de gemeente, waar ze belijdenis deed en gedoopt werd.

Wie is ze? Het gaat om een vluchtelinge uit Iran, die terecht kwam in het AZC te Luttelgeest. Al vanaf haar jeugd was ze op zoek naar een blij en zinvol geloof. Ze zocht in de Islam, het Boeddhisme en kwam uiteindelijk via internet bij de Bijbel. Daar kreeg ze de antwoorden op de vragen die in haar leefden en ontdekte ze dat de Heilige Geest haar een richting op stuurde. Het was geen vanzelfsprekende weg. Ze moest vluchten en kwam uiteindelijk in De Hoeksteen, waar ze meer uitleg kreeg en haar geloof zich verdiepte.

Op 17 november 2013 deed ze belijdenis van haar geloof en is gedoopt. Professor Van ’t Spijker heeft die dienst geleid en begon via een tolk aan de gebruikelijke vragen die horen bij het doen van openbare belijdenis. Maar al snel bleken die niet meer nodig: ze gaf een getuigenis, die haar leven met Jezus tekende. Dat deed ze in haar eigen taal. Wie erbij was, kon aan haar zíen dat geloven haar vreugde was – ze was onverstaanbaar aanstekelijk voor iedereen. Nog één vraag kwam er na haar getuigenis: “heb je de Here Jezus lief?”. “Ja!”. Dat zegt alles.

Luister maar naar het gedeelte uit de dienst:

Na de doop bood ze haar cadeau aan. Voor de gemeente, uit dankbaarheid voor de ondersteuning die ze heeft gekregen. Het was een tafeltje; op het blad had ze haar kunstwerk gemaakt. De tafel konden we niet prominent neerzetten, dus is het blad eraf gehaald en dat hangt nu op de genoemde plaats.

Zoals deze zuster, hebben we meer mensen die onze taal niet spreken. We zien ze tot geloof komen en helpen ze vooral ook om te begrijpen wie Jezus is. Dat doen we soms tot verrassing van onszelf: we zien God in hen aan het werk en worden zelf ook door Hem op hun spoor gezet. Het cadeau van onze zuster herinnert ons aan de gezamenlijke vreugde die we beleven in het kennen van Jezus. Het spreekt niet van onze prestaties, maar van de goedheid van God, die naast vele andere christenen ook ons inzet om elkaar op het spoor van Jezus te zetten.